(Parool) Referendum over de Hoofdgroenstructuur 6-6-2024; Stemmen over meer dan alleen beschermd groen

Stemmen over meer dan alleen beschermd groen

Bron: het Parool van 11 mei 2024 (Pagina 30):
https://krant.parool.nl/titles/hetparool/8317/publications/2172/pages/30
https://www.parool.nl

Punt voor punt: Referendum over de Hoofdgroenstructuur

Amsterdammers mogen voor het eerst sinds 2002 naar de stembus voor een referendum over een specifiek Amsterdams onderwerp: beschermd groen in de stad. Maar waar gaat het op 6 juni precies over? Waarom gaat dit om meer dan beschermd groen alleen? En kunnen we meer referenda verwachten?

TIM WAGEMAKERS EN BART VAN ZOELEN


1. Referendum? Stemmen we op 6 juni niet voor de Europese verkiezingen?

Dat klopt, maar Amsterdammers krijgen nóg een stempas in de brievenbus, voor een ‘stadsbreed’ referendum. Vorig jaar lukte het een groep Amsterdammers om aan de noodrem te trekken over de nieuwe groenplannen van wethouder Reinier van Dantzig (D66), vlak voordat de gemeenteraad daarmee zou instemmen.

Zij haalden duizenden handtekeningen binnen, genoeg om ervoor te zorgen dat moest worden bekeken of het onderwerp geschikt was voor een referendum. Dat bleek zo te zijn, waarna het eerste stadsbrede referendum sinds 2002 een feit is. Omdat Amsterdammers toch al op 6 juni naar de stembus kunnen, werd ervoor gekozen om op deze datum ook meteen het referendum te houden.

2. Waarover gaan we stemmen?

De vraag die de Amsterdamse kiezer op 6 juni terugvindt op het stembiljet is de volgende: ‘Bent u voor of tegen het voorgenomen raadsbesluit over de Hoofdgroenstructuur?’

Dat klinkt niet zo duidelijk. Dus enige uitleg.

Het referendum draait om het totaal aan groene gebieden en natuur in de stad dat door de gemeente wordt beschermd tegen bebouwing en ‘verharding’. Dat gebeurt in de zogenoemde Hoofdgroenstructuur. Die gaat van stadsparken tot bijvoorbeeld Artis en begraafplaatsen.

Het referendum gaat over een nieuwe versie van die Hoofdgroenstructuur, waarover de gemeenteraad nog moet stemmen.

3. Wat is daar nieuw aan?

In de nieuwe Hoofdgroenstructuur, dus die waar je vóór of tegen kunt stemmen, komt er méér beschermd groen bij. In de plannen van het stadsbestuur wordt de Hoofdgroenstructuur zelfs met 16 vierkante kilometer uitgebreid. Daarnaast schrijft de gemeente dat als woningbouw ergens in beschermd groen gebeurt, dit gecompenseerd moet worden, zodat er uiteindelijk altijd méér groen is en niet minder.

Toch hebben veel natuurliefhebbers er weinig vertrouwen in dat het groen bij het stadsbestuur in goede handen is.

4. Wat is er volgens de initiatiefnemers van het referendum mis met de plannen van het stadsbestuur?

Zij stellen dat er in de negentig pagina’s van het beleidsdocument te veel ruimte is voor uitzonderingen. Ze vrezen dat groen nog altijd te makkelijk wordt opgeofferd aan bijvoorbeeld woningbouw. ‘Het nieuwe Beleidskader Hoofdgroenstructuur dat de wethouder wil invoeren, zet de deur verder open naar bouw in de voorheen beschermde stadsnatuur,’ schreven de initiatiefnemers in hun oproep vorig jaar.

Waar ze vooral van schrikken: Van Dantzig heeft in de laatste versie van de plannen een kaart toegevoegd met 85 gebieden in de stad waar nieuwbouwplannen bestaan. Bij de toetsing of veranderingen mogelijk zijn binnen de Hoofdgroenstructuur, geldt op deze plekken ‘enige flexibiliteit’, staat erbij te lezen.

Volgens Van Dantzig heeft hij niets veranderd ten opzichte van zijn voorganger, en is het slechts een verduidelijking van het nieuwe beleid. De groengroepen zien het echter als het bewijs dat de verstening van de stad gewoon doorgaat en bouwbelangen wéér de boventoon voeren. Daar komt bij dat de TAC volgens hen vleugellam wordt gemaakt.

5. TAC, sorry? Wat is dat?

De TAC, voluit: de Technische Advies Commissie Hoofdgroenstructuur. De TAC adviseert het stadsbestuur over de gevolgen van plannen in het groen. In de 85 gebieden in de stad waarvoor nieuwbouwplannen of ‘een specifieke opgave’ bestaan, krijgt ook de TAC als onafhankelijke adviescommissie een nieuwe rol: de TAC mag er niet langer adviseren óf de nieuwe plannen kunnen worden ingepast in het groen, maar alleen hóé dat mogelijk is. Als het college dat naast zich neer wil leggen, moet het langs de raad.

TAC-voorzitter Marijke van Schendelen zei overigens in Het Parool blij te zijn met de verandering. Volgens haar is de verandering niet zo groot als de tegenstanders doen voorkomen en wordt de TAC voortaan beter ingezet. “Vroeger was het zo dat aan het einde, als iedereen al in de startblokken stond, wij nog iets mochten zeggen. Nu is dat al aan het begin.”

6. Gaat dit referendum om woningbouw versus groen?

Het gaat om beschermd groen, maar in de kern raakt het aan de woningbouwambities van de stad. “We kunnen doorbouwen en doorbouwen, maar is dat hoe we willen wonen? Je kunt de grond maar één keer uitgeven. Het moet leefbaar blijven,” zei initiatiefnemer van het referendum Sylvia Fennis vorig jaar in een interview met deze krant. Desgevraagd zei John Zondag, een andere initiatiefnemer, toen dat het stadsbestuur zijn woningbouwambities misschien wel moet bijstellen als het referendum wordt gewonnen door de tegenstanders.

Tegelijkertijd raakt het óók aan fundamentelere zorgen over het groen in de stad, waarvan volgens de initiatiefnemers de bescherming boterzacht blijkt te zijn. De voorbeelden die ze daarvoor hebben zijn talrijk, van de plannen voor een evenemententerrein in het Noorderpark tot de nieuwbouw van theater de Meervaart, die deels toch in het beschermde groen van de Sloterplas komt, tot plannen voor windmolens langs de stadsrand.

Met een tegenstem hopen ze een duidelijk signaal af te geven dat niet telkens een uitzondering mogelijk moet zijn.

7. Waarom hebben de initiatiefnemers van het referendum er weinig vertrouwen in dat het groen bij het stadsbestuur in goede handen is?

Uit het interview met de initiatiefnemers eerder in Het Parool sprak veel wantrouwen over de manier waarop de gemeente met het groen in de stad omspringt. Het is een wantrouwen dat breed wordt gedragen onder de natuur- en bewonersorganisaties die zich achter het referendum hebben geschaard, of ze zich nu zorgen maken over bouwplannen in de Lutkemeerpolder of windmolens langs de groene stadsranden.

“Iedereen herkent het beeld,” zei Fennis. “Je loopt alle inspraak af, gaat tot de Hoge Raad en toch verdwijnt het groen zienderogen.”

De laatste jaren kregen groenbeschermers keer op keer teleurstellingen te verwerken. Op papier wordt voor elke omgehakte boom een nieuwe geplant, maar in de praktijk bleek de bomenboekhouding van de gemeente verre van sluitend. De hoeveelheid groen en de normen die de gemeente daaraan stelt, kwamen ter discussie te staan toen met de sportparken ook kunstgrasvelden bleken mee te tellen als groen.

Door de gemeente zelf ingestelde normen voor genoeg groen in nieuwbouwwijken, worden niet gehaald. Dat bleek toen ze door Zondag werden nagerekend. Of er wordt alleen aan voldaan met rekentrucs: sjoemelgroen.

8. Sjoemelgroen?

Zo noemde Zondag de rekentrucs waarmee de gemeente de eigen groennormen toch haalde. Door binnentuinen of parken in aangrenzende wijken mee te tellen, kwam de gemeente toch aan de afgesproken vierkante meters groen per woning.

Zo’n zelfde rekentruc ziet Zondag ook in de plannen voor de Hoofdgroenstructuur terug. De gemeente schrijft trots dat het beschermde groen in de stad wordt uitgebreid van 56 naar 72 vierkante kilometer. Maar op basis van door de gemeente zelf aangeleverde cijfers constateerde Zondag dat ook het water in de stad is meegeteld én de bermen rond de A10.

9. Neemt de hoeveelheid groen in de stad af?

De stad groeit en het groen delft nogal eens het onderspit – zoveel is zeker. In 2018 stelde de Universiteit van Amsterdam op basis van satellietbeelden vast dat binnen de Ring A10 tussen 2003 en 2016 ruim vijfhonderd voetbalvelden aan groen zijn verdwenen. Inclusief de nieuwbouwwijken die in de tussentijd zijn gebouwd in bijvoorbeeld Westerdok, Overhoeks, Zeeburgereiland, Science Park en Amstelkwartier ging het om 11 procent van het totaal aan groen.

Over de periode sinds 2018 rapporteerde de gemeente begin dit jaar een teruggang van bijna 2 procent minder groen. De grootste teruggang is het gevolg van woningbouw bij onder meer Weespersluis, de Zuidas en Kadoelen. Gemeten per inwoner daalt de hoeveelheid in de tussentijd sneller omdat de bevolking de laatste jaren snel is gegroeid. Dat is ook de waarschuwing die de initiatiefnemers van het referendum willen afgeven: de behoefte aan groen in de stad is des te groter nu de stad meer mensen telt.

Het is dan ook geen toeval dat het initiatief zijn oorsprong vond in Amsterdam-Noord. Hier wil het stadsbestuur door verdichting nog veel meer woningen inpassen, waardoor het aantal inwoners tot 2050 zal groeien naar 150.000 terwijl dat nu ruim 100.000 is. Als de noodzaak voor bescherming van het groen ergens in de stad wordt gevoeld, is het wel in Noord.

10. Wat gebeurt er als ik voor of tegen stem bij het referendum?

Dat is onontgonnen terrein. Omdat er geen opkomstdrempel is, is het referendum bij elke uitslag geldig. Maar het referendum is niet bindend, slechts adviserend. Dat betekent dat het vervolgens aan de gemeenteraad is om de uitslag te interpreteren.

Stel dat vóór wordt gestemd, dan kan wethouder Van Dantzig zijn nieuwe groenplannen ter stemming in de gemeenteraad brengen. Als er in meerderheid tegen wordt gestemd, blijft vooralsnog het oude beleid, de oude Hoofdgroenstructuur, van kracht, totdat de gemeenteraad heeft besloten hoe de uitslag van het referendum te interpreteren.

11. Dat wordt een gevoelig politiek debat…

Ja, voor iedereen. Want van het verzet tegen windmolens of de bebouwing van de Lutkemeerpolder tot de pleitbezorgers voor sport in de stad: iedereen die zich druk maakt om hoe de ruimte in de stad wordt verdeeld, hoopt dat het nieuwe beleid ook op zijn/haar dossier voor een doorbraak zorgt. Als de initiatiefnemers van het referendum ‘winnen’, hoe hopen zij dan al die belangen goed te vertegenwoordigen?

Om ervoor te zorgen dat de uitslag beter kan worden geïnterpreteerd, is daarom eerder ook op het stadhuis vergaderd over de vraag of de referendumvraag niet anders kon, zodat die minder ruimte laat voor interpretatie.

Alternatieven die langskwamen waren bijvoorbeeld de vraag of mensen voor groen zijn ten koste van woningbouw, de vraag of mensen vinden dat groen juridisch beter moet worden beschermd óf zelfs het toevoegen van subvragen. Maar de vastgestelde regels rond het referendum lieten dat niet toe.

12. Hoe staan de politieke partijen erin?

Partij voor de Dieren heeft zich het nadrukkelijkst verbonden aan het referendum. Met een vlammend opiniestuk in Het Parool wist voormalig fractievoorzitter Jennifer Bloemberg-Issa de aandacht breed op de groenplannen te vestigen.

Coalitiepartijen D66 en PvdA steunen de plannen van wethouder Van Dantzig. Zij wijzen er bij herhaling op dat bij elke uitzondering die wordt gemaakt op de bescherming van groen het laatste woord aan de gemeenteraad is. Daarom kan er volgens hen elke keer weer een goede afweging worden gemaakt over alle wensen die er in de stad zijn.

Coalitiepartij GroenLinks spreekt zich minder uit en stelt de keuze vooral bij Amsterdammers te willen laten. Wel waren zij vorig jaar bereid de groenplannen (die in grote mate eerder door voormalig GroenLinkswethouder Marieke van Doorninck zijn gemaakt) te steunen.

“We zouden liever verder gaan in het beschermen van groen,” zegt raadslid Anneke Veenhoff daarover, “maar vonden de plannen voor nu acceptabel en een verbetering ten opzichte van het huidige beleid.” Ook wijst ze erop dat als de voorgenomen plannen worden weggestemd er niet zomaar even een nieuw plan ligt. “Tot die tijd blijven de huidige plannen, waar minder bescherming voor groen in zit, bestaan.”

13. Hoe ging het bij eerdere referenda?

Het is lang geleden dat er een referendum plaatsvond voor alleen Amsterdam. Eind jaren negentig ging het in een referendum over de bouw van IJburg. Er waren meer tegenstemmers dan voorstemmers, maar de vooraf vastgestelde drempel van 155.000 tegenstemmers werd niet gehaald en dus kon de bouw toch doorgaan.

Ook rond de Noord/Zuidlijn stemde een meerderheid in een referendum tegen. Ook ditmaal gingen de plannen alsnog door omdat het aantal tegenstemmers de vereiste drempel niet haalde. Weilandje De Vrije Geer bleef wel behouden na een referendum in 1995 en de verzelfstandiging van het GVB ging in 2002 niet door na een referendum.

De laatste keer dat Amsterdam dicht bij een stadsbreed referendum kwam, was in 2017, rond het nieuwe erfpachtstelsel. Belangenvereniging Seba had met 36.000 handtekeningen de vereiste drempel gehaald, maar het college besloot uiteindelijk dat het onderwerp niet referendabel was, tot verbijstering van Seba en de oppositie.

14. Kunnen we nu vaker referenda verwachten?

Die kans zit er wel in. De afgelopen jaren heeft wethouder Rutger Groot Wassink (Democratisering) het makkelijker gemaakt. Zo is de opkomstdrempel van 20 procent verdwenen, zijn er meer onderwerpen referendabel en is het aantal benodigde handtekeningen verlaagd.

Om een referendum aan te vragen, moeten 1000 Amsterdammers een handtekening zetten onder het verzoek tot een referendum en moeten vervolgens nog eens 10.000 handtekeningen worden opgehaald. Een referendumcommissie toetst vervolgens of het onderwerp ‘referendabel’ is en geeft op basis daarvan een advies aan de gemeenteraad. Niet elk onderwerp leent zich namelijk voor een referendum. Zo is parkeerbeleid uitgezonderd omdat het essentieel is voor de gemeentebegroting.

Bron: het Parool