Meer huizen én meer groen in Amsterdam: kan dat?

Meer huizen én meer groen in Amsterdam: kan dat?
Beeld Olf de Bruin

De stad groeit en dan is het groen al snel het kind van de rekening. Zijn uitbundig begroeide daken en gevels een alternatief, of bieden zulke extraatjes niet meer dan een doekje voor het bloeden?

Bart Van Zoelen 8 augustus 2021, 11:00

Het coronajaar leidde tot de revival van het ommetje en bij de eerste de beste zonnestralen liepen de parken vol. Meer dan ooit hechtten Amsterdammers aan het groen in hun buurt om het monotone thuiswerken achter zich te laten en even de benen te strekken. Volgens onderzoek van studenten van stadsonderzoeksinstituut AMS Institute ging het parkbezoek gemiddeld van bijna tweeënhalf naar ruim drieënhalf keer per week.

Blijf op de hoogte

Krijg een melding bij belangrijk nieuws van Het Parool.

Eens te meer bleek het groen onontbeerlijk om de stad leefbaar te houden. Vooral gezinnen gingen op zoek naar een ruimer huis met een tuin buiten de stad. Vorig jaar zomer werd het ook nog eens loeiheet, zoals de zomers daarvoor kurkdroog waren – juist groen maakt de stad beter bestand tegen de gevolgen van klimaatverandering: hittegolven en droogte bijvoorbeeld, of stortbuien zoals die deze maand neerdaalden boven Limburg.

Tienduizenden woningen erbij

Maar het groen in de stad staat onder druk, zal blijken uit het vervolg van dit verhaal. Per Amsterdammer loopt de ruimte voor parken en natuur in de stad gestaag terug. Voor nieuwe wijken schrijft Amsterdam haarfijn voor hoeveel groen er moet komen, maar in de praktijk wordt dit niet gehaald of alleen dankzij voor wandelaars ontoegankelijk ‘sjoemelgroen’. Voor elke boom die wordt gekapt komt er eentje terug, belooft het stadsbestuur. Toch bleek dit nog maar een paar jaar geleden bij 1650 bomen niet gebeurd. 

Nu is Amsterdam nog altijd een ronduit groene stad en het stadsbestuur wil dat graag zo houden. Vandaar de vorig jaar gepresenteerde ambitie om tot 2050 in alle hoeken en gaten extra planten en bomen te plannen, zoals op parkeerplaatsen, gevels, daken en straathoeken. Maar de schreeuwende behoefte aan woonruimte staat vooralsnog hoger op de agenda. Binnen de stadsgrenzen worden tienduizenden woningen gebouwd. Dat heet ‘verdichting’ en het is net als groen uitgesproken duurzaam: veel woningen dicht op elkaar en dus niet ten koste van vrije natuur in uitgestrekte voorsteden, die alleen maar leiden tot extra files.

Sportvelden met kunstgras

Maar komt het groen dan niet in de knel? Jarenlange trends stemmen somber. In 2018 stelde de Universiteit van Amsterdam op basis van satellietbeelden vast dat binnen de Ring A10 tussen 2003 en 2016 ruim vijfhonderd voetbalvelden aan groen zijn verdwenen – 11 procent van het totaal. Uit de kleuren op luchtfoto’s maakt de computer op wat groen was. Daardoor zit in deze cijfers naast de nieuwbouw in wijken als Westerdok, Overhoeks, Zeeburgereiland, Science Park en Amstelkwartier ook de vegetatie die uit buurten is verdwenen door tuinen die zijn betegeld of volgebouwd. Inbegrepen zijn verder de sportvelden die de gemeente meetelt als groen, maar steeds vaker zijn bekleed met kunstgras.

UvA-planoloog Mendel Giezen twijfelt er niet aan dat de trend van minder groen in de stad zich heeft voortgezet in de jaren na 2016. “Ik woon zelf vlak bij de nieuwe wijk Cruquius in het Oostelijk Havengebied en daar zie je meteen: er wordt heel dicht op elkaar gebouwd met weinig ruimte voor groen.” De hunkering naar meer groen botst met het beleid om te ‘verdichten’. “Een groene stad is duurzaam en een compacte stad is duurzaam, maar we moeten accepteren dat allebei tegelijk heel moeilijk is.”

Geen gelijke tred

Dat het groen onder druk staat, komt terug in jaarlijks onderzoek van De Gezonde Stad. Op basis van gegevens van de gemeente monitort deze duurzaamheidsorganisatie de hoeveelheid parken, bos en ander natuurlijk terrein. Eerst het goede nieuws: sinds het begin van deze eeuw telt de gemeente honderden hectares meer groen.

Maar de laatste jaren groeit het nog maar met kleine beetjes. Parken en natuur hebben geen gelijke tred gehouden met woningbouw. Afgezet tegen het aantal Amsterdammers gaat de stad er sinds 2015 op achteruit, want het inwonertal is veel sneller gegroeid. In 2020 was de stad per Amsterdammer nog wel (net) ietsje groener dan in 2010.

Tekst gaat verder onder grafiek

https://datawrapper.dwcdn.net/cxfTQ/1

Het zijn trends die vooral in Amsterdam-Noord meteen worden herkend. Van oudsher is Noord het ruimste en groenste stadsdeel, maar een YouTubefilmpje vol luchtfoto’s van de bewonersorganisaties Elzo (Elzenhagen Zuid Overleg) en Angsaw (Amsterdam Noord Groene Stad aan het Water) illustreert de impact van de bouw van duizenden woningen en de Noord/Zuidlijn sinds begin deze eeuw. Het filmpje heeft de titel De ontgroening van Noord gekregen.

Het is nog maar het begin van wat Noord te wachten staat als het inwonertal tot 2050 groeit van 100.000 naar meer dan 150.000. Volgens Elzovoorzitter Pieter Hettema dreigt ‘de verstening en vervreemding van ons Noord’. Het kappen van bomen is in dit gebied een open zenuw geworden. Eerder dit jaar liep de aankondiging van de aanleg van een evenemententerrein in het Noorderpark uit op een demonstratie met honderden deelnemers.

Noorderlingen vragen zich hardop af hoe goed Amsterdam zijn bomen beschermt. Voor elke boom die wordt gekapt belooft de gemeente een nieuwe te planten. De vertrokken groenwethouder Laurens Ivens meldde dit jaar trots dat meer bomen zijn geplant dan gekapt, maar daarmee is slechts een deel weggewerkt van de achterstand van de afgelopen jaren: tweeduizend bomen. Pas in 2024 verwacht de gemeente het tekort in te lopen.

Bomenboekhouding

Waar nieuwe woonwijken worden gebouwd is nog een struikelblok, werd pijnlijk duidelijk bij de plannen voor Elzenhagen-Zuid. Daar komen 1800 woningen, twee keer zoveel als in 2014 het voornemen was. Het planten van een nieuwe boom (1650 euro) bleek meer dan twee keer zo duur als het kappen van een boom (650 euro), terwijl dat binnen één fonds met elkaar verrekend moest worden. Consequentie is dat er altijd minder bomen komen. Hettema: “Van de vijf gekapte bomen komen er maar twee terug.”

Ivens heeft de gemeenteraad beloofd hier een einde aan te maken. Aanvankelijk zouden voor de 2578 bomen die worden gekapt voor de bouw van Elzenhagen-Zuid maar 950 bomen terugkomen. In de eisen die worden gesteld aan de herplant had stadsdeel Noord gelezen dat een struik óók mag. Na tussenkomst van de gemeenteraad komen er nog tweehonderd bomen bij, maar dat heeft de bewoners niet gerust­gesteld. In Noord is vooral blijven hangen dat de ‘bomenboekhouding’ jarenlang niet op orde is geweest.

‘Sjoemelgroen’

Tot 2018 lag de verantwoordelijkheid om bomen terug te planten bij de stadsdelen. Toen het stadhuis die taak naar zich toe trok, bleek een grote achterstand ontstaan. Na een inspectieronde werden in de hele stad 1650 plekken gevonden waar ooit een boom had gestaan, maar van herplant was nooit iets terechtgekomen.

In een andere nieuwbouwwijk even verderop in Noord zijn bewoners al even bezorgd over hun buurt en hoe groen die wordt. Op het vroegere bedrijventerrein Buiksloterham zouden zo’n vierduizend woningen komen, maar dat aantal is onder invloed van de woningnood verdubbeld. De eerste bewoners zijn daarom bezorgd wat overblijft van de ambitie om hier een groene voorbeeldwijk van te maken.

Bewoner John Zondag is de plannen heel precies gaan narekenen aan de hand van de ‘referentienorm’ die de gemeente nog maar drie jaar geleden heeft opgesteld. Volgens deze norm moet hier per woning 16 vierkante meter ‘gebruiksgroen’ (om in te verblijven en recreëren) komen en 6 vierkante meter ‘ecosysteemgroen’ (voor biodiversiteit en om de stad beter bestand te maken tegen klimaatverandering – dus dat kan ook een binnentuin zijn, of een groen dak). Daar komt de Buiksloterham in de verste verte niet aan. Volgens Zondag wordt slechts 37 procent van de norm gehaald. Uit zijn berekeningen blijkt dat de norm rond de NDSM-werf, Elzenhagen-Zuid en het Hamerstraatgebied óók niet wordt gehaald.

Zorgelijk, vindt hij. Want als architect weet Zondag: “Als je geen grond reserveert voor groen, komt het nooit meer goed.” Hij heeft vastgesteld dat de gemeente het al bestaande park langs de Buiksloterdijk meetelt. Verder moet bijna de helft van het groen komen van de kavels die de gemeente als bouwgrond uitgeeft aan projectontwikkelaars. De normen worden alleen gehaald door binnentuinen of groene daken mee te tellen, concludeert Zondag. Hij spreekt van ‘sjoemelgroen’.

‘Sjoemelgroen’
Beeld Olf de Bruin

Verkoeling in hete zomer

Tegenover de gemeenteraad heeft wethouder Marieke van Doorninck (Ruimtelijke Ontwikkeling) al erkend dat er te weinig ‘gebruiksgroen’ komt, maar dat wordt gecompenseerd met ‘ecosysteemgroen’ op de kavels. Volgens Van Doorninck heeft dit groen ‘potentie als gebruiksgroen’ als het maar openbaar toegankelijk wordt gemaakt en daar worden bij elk bouwplan harde eisen aan gesteld.

In Noord wordt hardop gevreesd voor de leefbaarheid als Amsterdam zo zwaar blijft inzetten op het bouwen van zoveel mogelijk woningen. Waar is straks nog verkoeling in een hete zomer? “Er wordt een stad in een stad gebouwd. Als we zo doorgaan wil niemand hier meer wonen omdat het onleefbaar wordt,” zegt Marieke Oomen van Angsaw. 

Als je het haar vraagt, moet Amsterdam meer inzetten op het beschermen van groen dat er is, dan op het bijplanten op daken, gevels en parkeerplaatsen. “Rigoureus vergroenen is niet alleen het vervangen van stenen door groen, maar ook het behouden van wat je hebt.”

Ook wetenschapper Nadina Galle vindt dat Amsterdam zuiniger zou moeten omspringen met zijn bomen. Als ecologisch ingenieur aan de prestigieuze Amerikaanse universiteit MIT ontwerpt ze systemen die, met sensoren bijvoorbeeld, haarfijn vastleggen hoe bomen zich houden in de stad. Uit onderzoek blijkt dat stadsbomen pas na 33 jaar meer CO2 opslaan dan wordt uitgestoten bij het planten, snoeien en ander onderhoud. “Dus moet je heel goed nadenken over kap en plannen maken om te zorgen dat bomen langer kunnen blijven staan.”

1 miljoen bomen

Met de sensoren kan ook preciezer worden beoordeeld welke functie de bomen vervullen voor de stad – hun belang voor de ecologie, maar ook hoeveel CO2 ze vastleggen en hoeveel verkoeling ze een buurt opleveren. Ze snapt niet dat een stad die zo hoog opgeeft van zijn duurzame en technologische ambities daar zo weinig om geeft. “Je kunt gewoon niet weten wat je niet kunt meten.”

Als het aankomt op bescherming blijft overigens een groot deel van de Amsterdamse bomen buiten beeld, waarschuwt Galle. “De bomen op begraafplaatsen, volkstuinen en privétuinen zijn lang niet altijd geregistreerd. Het daadwerkelijke aantal bomen in Amsterdam ligt dus nog een stuk hoger dan de ruim 300.000 bomen van de gemeente.”

“Het zijn er ongeveer 1 miljoen,” schat Galle, maar niemand die het precies weet. “Zestig procent is niet in kaart gebracht.” Daar gaapt nog wel een gat in de bescherming van bomen. “Ook in een privétuin mag kappen niet zonder vergunning, maar ga je die aanvragen als je toch weet dat je ermee wegkomt? De gemeente ziet het niet gebeuren.”

Dat bij groen meer wordt gekeken naar de functie die het heeft voor de stad, is een trend van de laatste jaren, zegt de Wageningse onderzoeker Robbert Snep. Traditioneel zien we groen slechts als decor, zegt hij. “De aankleding waar je doorheen wandelt.” Daar spreekt al uit: dan is er weinig aandrang om te investeren in groen.

Champs-Élysées

Dat wordt wel anders als ook de opbrengsten in kaart worden gebracht. “Dan wordt het opeens een kostenefficiënte investering in plaats van een kostenpost. In 1984 bleek al dat een revalidatie sneller vlot als patiënten uitzicht hebben op een bloeiende tuin, sneller dan wanneer ze uitkijken op een blinde muur.” Meer groen betaalt zich uit, gaat hij verder. “In een betere gezondheid, voor klimaat en natuur, minder hart- en vaatziekten, diabetes, alzheimer.”

Snep signaleert dat bijvoorbeeld aan de Zuidas het besef is doorgebroken dat de stad meer plek moet inruimen voor groen. “Anders gaan we als maatschappij uiteindelijk meer uitgeven.” Daarmee wil hij niet zeggen dat de stad moet stoppen met verdichting, maar het is wel oppassen geblazen dat er genoeg groen wordt ingepast. “Er komt een moment dat de ruimte gewoon op is, want de bouw gaat keihard door. Aanpassingen na afloop zijn veel duurder.”

Amsterdam zou alleen al moeten inzetten op meer groen vanwege de concurrentiestrijd die internationaal bestaat tussen steden. “Voor de economie, het vestigingsklimaat en het toerisme. Gebrek aan ruimte voor groen nekt steden. Dan prijzen we onszelf uit de markt.” En er is ruimte voor meer groen, betoogt Snep. Nu staan grote delen van de stad in het teken van de auto en in de toekomst kan dat wel een onsje minder door de opkomst van het gebruik van deelauto’s, elektrische fietsen en mogelijk zelfs autonoom vervoer. Dankzij de ruimte die vrijkomt door parkeerplaatsen vrij te maken, kan de stad een metamorfose doormaken.

“De Amsterdammer vraagt daar ook om. Kijk naar de rol die het groen kreeg in de coronatijd. Dit is niet een droom, het kan. Parijs doet het op de Champs-Élysées. Londen doet het.” De voorbeelden van begroeide gevels, straathoeken en daken zijn trouwens in de stad allang te vinden. “Ga kijken op het GWL-terrein in West. Er kan veel meer dan we nu doen.”

Van groen in onze omgeving worden we gelukkiger, zegt ook hoogleraar en wetenschappelijk directeur van AMS Institute Eveline van Leeuwen. Het werd nog maar eens bewezen tijdens de pandemie uit haar onderzoek onder tweeduizend mensen. “Op plekken waar ze tevreden zijn over het groen was de terugval van hun welzijn door corona minder sterk.”

Bron: Het parool 8 augustus 2021
Https://parool.nl